Algemene uitkeringen en overige uitkeringen Gemeentefonds

Inleiding

Algemene uitkering en overige uitkeringen gemeentefonds

De algemene uitkering uit het gemeentefonds is voor Pijnacker-Nootdorp de grootste bron van inkomsten. De hoogte van de uitkering wordt bepaald op basis van objectieve maatstaven zoals bijvoorbeeld het aantal inwoners, de sociale en fysieke samenstelling van de gemeente en het aantal woonruimten. Er worden meer dan 65 maatstaven gebruikt voor het bepalen van de totale inkomsten. Belangrijke maatstafgegevens die bij elkaar meer dan de helft van de inkomsten bepalen zijn:

Maatstaven in de algemene uitkering

2022

2023

2024

2025

aantal inwoners

56.696

57.696

58.696

59.696

aantal inwoners: jongeren < 18 jaar

13.319

13.318

13.309

13.292

aantal inwoners: ouderen > 64 jaar

8.815

9.164

9.520

9.883

aantal huishoudens

22.051

22.440

22.829

23.218

aantal minderheden

4.423

4.501

4.579

4.657

De algemene uitkering uit het gemeentefonds voor de gemeente Pijnacker-Nootdorp in de begroting:

bedragen x € 1.000

2022

2023

2024

2025

Inkomsten AU in de begroting

72.530

72.595

74.248

76.485

Algemene uitkering in de begroting 2022-2025

In de Kadernota 2021 is de basis bepaald voor de opbrengsten algemene uitkering uit het gemeentefonds over de periode 2022-2025. Voor de Begroting 2022 zijn deze aangepast met de informatie zoals die door het ministerie van BZK gepubliceerd is in de meicirculaire 2021. De onderwerpen met de grootste financiële gevolgen zijn daarin:

  • de ontwikkeling van het accres

  • de ontwikkeling van de uitkeringsbasis

  • ruimte onder het BCF plafond

Na de meicirculaire zijn gemeenten ook geïnformeerd over compensatie van jeugdzorgtekorten. Deze onderwerpen worden hieronder toegelicht.

Ontwikkeling van het accres

Voor 2022 en verder zijn de accressen neerwaarts bijgesteld als gevolg van lagere verwachte loon- en prijsontwikkelingen dan eerst werd aangenomen. Vanaf 2023 wegen lagere rentelasten voor het Rijk en lagere EU-afdrachten daar ook in mee.

Ontwikkeling van de uitkeringsbasis

De ontwikkeling van de uitkeringsbasis houdt in, de mutaties van de landelijke aantallen inwoners, woonruimten, leerlingen, uitkeringsgerechtigden, WOZ-waarden etc. Nieuwe bevolkingsprognoses van het CBS zorgen vooral bij de maatstaven die gaan over inwoners en jongeren voor lagere aantallen. Daarnaast is in de meicirculaire sprake van een sterke daling van het aantal bijstandsontvangers ten opzichte van de stand in september 2020. Het effect van de corona-pandemie is bij nader inzien minder groot dan gedacht. De aantallen waarmee onze gemeente rekent zijn bij eerdere circulaires al naar beneden bijgesteld. Het totaal te verdelen bedrag van het gemeentefonds wijzigt als gevolg van deze mutaties echter niet. Het deel dat niet wordt uitgekeerd als gevolg van lagere aantallen in de maatstaven wordt dan op een andere manier verdeeld, te weten via een aanpassing van de uitkeringsfactor, in dit geval een stijging.

Er zijn nog geen concrete bedragen bekend maar op grond van de eerste uitkomsten wordt aangenomen dat gemeenten in de groottegroep 50.000 – 100.000 inwoners er in inkomsten op achteruit gaan. Hiervoor wordt per 2022 rekening gehouden met een lagere inkomst algemene uitkering oplopend tot € 600.000. Dit is ongeveer 1% van de totale opbrengsten uit de algemene uitkering van 2020 en is gebaseerd op de verwachtingen van de effecten van de herijking zoals die tot nu toe gepubliceerd zijn. Ook is er in de risicoparagraaf in deze begroting een risico voor opgenomen. 

BCF plafond

Op basis van de uitgekeerde onbenutte ruimte in het btw compensatiefonds 2020 wordt een bedrag van
€ 170.000 extra opgenomen in de begrote inkomsten algemene uitkering, waardoor het totaal begrote bedrag uitkomst op € 450.000. Dit komt overeen met de richtlijn die de provinciaal toezichthouder aangeeft.

Compensatie jeugdzorgtekorten

Na het verschijnen van de meicirculaire is door het ministerie van BZK een brief gepubliceerd over de toekenning van een bedrag van € 1,314 miljard aan extra middelen voor jeugdzorg in 2022. Dit is de uitkomst van een advies van een Commissie van Wijzen over het geschil tussen Rijk en gemeenten over de structurele financiering van de jeugdzorg. De verdeling van deze middelen vindt plaats via de algemene uitkering. Ook heeft het ministerie informatie verstrekt over het verwachte aandeel in deze extra middelen per gemeente. Voor onze gemeente gaat het om € 3,9 miljoen. Over extra middelen vanaf 2023 moet een nieuw kabinet een besluit nemen. Door BZK, VNG en IPO is wel afgesproken dat gemeenten in hun meerjarenraming rekening mogen houden met 75% van de verwachte structurele compensatie. Voor onze gemeente is dat een bedrag van € 2,4 miljoen in 2023, aflopend naar € 2,0 miljoen in 2025. Tegelijk met het toekennen van deze compensatie zullen door het Rijk aan gemeenten voorwaarden worden gesteld die leiden tot bezuinigingsmaatregelen en een Hervormingsagenda.

Het financiële effect van deze en de overige onderwerpen op de inkomsten algemene uitkering 2022 en verder:

Omschrijving (- = nadeel) Bedragen * € 1.000

2022

2023

2024

2025

Accres

-389

-692

-965

-1.022

Uitkeringsbasis

962

1.006

1.020

944

Ruimte BCF plafond

170

170

170

170

Overig

-112

-100

-80

-59

Compensatie jeugdzorgtekorten

3.900

2.400

2.200

2.000

Subtotaal mutatie inkomsten AU

4.531

2.784

2.345

2.033

Af: diverse reserveringen

-196

-217

-237

-261

Totaal gevolgen begrotingssaldo

4.335

2.567

2.108

1.772

De diverse reserveringen betreft het beschikbaar houden van middelen die via de meicirculaire aan het gemeentefonds zijn toegevoegd en waarmee gemeenten geacht worden invulling te geven aan taakmutaties met betrekking tot (in dit geval) het Rijksvacinatieprogramma, de versterking van antidiscriminatievoorzieningen en de Wet Open Overheid.

Herverdeling gemeentefonds

Nadat het eerste voorstel over de herverdeling van het gemeentefonds na kritiek van de ROB terug moest naar de tekentafel is in juli 2021 een tweede voorstel voor herverdeling gepresenteerd door het ministerie van BZK. Evenals in het eerste voorstel resulteert het nieuwe voorstel voor veel gemeenten in grote herverdeeleffecten. Voor onze gemeente zal het uiteindelijke herverdeeleffect op basis van het tweede voorstel € 105,- nadeel per inwoner bedragen, in te voeren met € 15,- per inwoner per jaar. Deze overgangstermijn duurt maximaal vier jaar. Wat er met het resterende nadeel gebeurt is onduidelijk, minister Ollongren heeft namelijk aangegeven om het herverdeeleffect te maximeren op vier keer € 15,- maar geeft vervolgens niet aan hoe er met het overige nadeel wordt omgegaan. Daarnaast spelen er nog andere onzekerheden: de berekeningen zijn gebaseerd op cijfers uit 2017 zodat de effecten voor de huidige samenstellingen van gemeenten niet bekend zijn, de ROB komt naar verwachting in september 2021 met een eindadvies over het aangepaste voorstel waarna de VNG een bestuurlijke consultatie met gemeenten start wat moet resulteren in een advies richting de fondsbeheerders. Tegenover de mogelijkheid van lagere inkomsten staat ook een mogelijk positief effect op de algemene uitkering als gevolg van het schrappen van de opschalingskorting door een nieuw kabinet. De opschalingskorting is een jaarlijks oplopende bezuiniging op het Gemeentefonds die door het tweede kabinet-Rutte is ingevoerd als financiële tegenhanger van een plan om gemeenten verplicht te laten fuseren tot een grootte van minimaal 100.000 inwoners. Van dit plan is niets terecht gekomen maar de korting is onterecht in stand gehouden. In de Begroting 2022 van onze gemeente wordt op basis van de huidige informatie nog geen rekening gehouden met bovengenoemde ontwikkelingen. Het geplande ingangsjaar voor de nieuwe verdeling is 2023.