Stand van zaken en vooruitblik
Demografische gegevens
Voordat we ingaan op de inhoudelijke stand van zaken, staan we eerst stil bij enkele demografische gegevens. Die zijn belangrijk voor de behoefte aan onderwijshuisvesting en andere maatschappelijke voorzieningen. We analyseren daarom regelmatig de woningbouwplanning en beoordelen de gevolgen daarvan. We laten jaarlijks nieuwe leerlingenprognoses opstellen op basis van de actuele woningbouwplanning. Volgens de woningbouwplanning per 1 januari 2025 streven we naar start bouw van 259 nieuwe woningen in 2026. Van de 259 nieuw te bouwen woningen in 2026 gaat het om 100 flexwoningen. Dit zijn tijdelijke woningen die voor een periode van minimaal tien jaar blijven staan. In dit geval in het Dwarskadegebied.
Uit de prognoses voor het primair onderwijs van 2025 blijkt dat het aantal leerlingen in de kern Nootdorp de komende jaren daalt van 1.240 leerlingen in 2026 naar 1.159 in 2030. Hierbij is rekening gehouden met de ontwikkeling van het Dwarskadegebied. Het leerlingenaantal in Delfgauw blijft in diezelfde periode redelijk stabiel en schommelt tussen de 672 en 628 leerlingen. De kern Pijnacker krijgt de komende jaren te maken met een lichte daling van het aantal leerlingen. In 2026 gaat het om 3.251 leerlingen tegenover 3.201 in 2030. In deze berekening is rekening gehouden met de ontwikkellocatie Overgauw.
De gemeente Pijnacker-Nootdorp is een gemeente met veel jongeren. Het aantal jongeren in de leeftijd van vier tot achtien jaar gemeentebreed vlakt langzaam af. Voor de kern Pijnacker is de komende jaren echter nog sprake van groei. Onderstaande grafieken tonen de demografische ontwikkeling.
Openbaar basisonderwijs
De bestuurlijke taken van het openbaar onderwijs in onze gemeente vallen onder verantwoordelijkheid van Stichting Scholengroep Holland. Deze stichting heeft in onze gemeente vier openbare basisscholen: de Bonte Tol en de Tweemaster in Pijnacker, de Meander in Delfgauw en Omnia in Nootdorp. De Scholengroep heeft een strategisch beleidsplan voor de periode 2024-2028. De begroting en jaarrekening van de Scholengroep Holland zijn in orde.
Onderwijshuisvesting
Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs Pijnacker-Nootdorp
De gemeente is verantwoordelijk voor (nieuwe) huisvesting van scholen in het primair onderwijs, voortgezet onderwijs en speciaal onderwijs. Schoolbesturen zijn verantwoordelijk voor het onderhoud van het schoolgebouw. Afspraken over de bekostiging van schoolgebouwen zijn vastgelegd in de Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs Pijnacker-Nootdorp 2015. De bekostiging is gebaseerd op de normvergoeding van de VNG. De normvergoeding wordt jaarlijks geindexeerd volgens het advies van de VNG.
Scholen en kinderopvangorganisaties, samenwerkend in (Integrale) Kindcentra (IKC)
De afgelopen jaren zijn er belangrijke stappen gezet in het IKC-beleid. Vijf integrale kindcentra zijn inmiddels gerealiseerd: Dalton kindcentrum Pijnacker, Vlinderboom, Schatkaart, Casa en Beatrix. Twee nieuwe IKC’s zijn in ontwikkeling. Uit de tussenevaluatie in 2022 bleek dat de inhoudelijke samenwerking tussen onderwijs en kinderopvang achterbleef bij de huisvestingsontwikkeling. Daarom is sinds 2024 het IKC-beleid geïntegreerd in de Lokaal Educatieve Agenda (LEA), met als doel een sterke pedagogische basis en een wijkgerichte, vraaggerichte aanpak. De LEA en het IKC-beleid versterken elkaar en stimuleren samenwerking op maat per wijk en kindcentrum. In de LEA-kerngroepen en het bestuurlijk overleg is deze samenwerking een vast agendapunt. Deze aanpak wordt in 2026 voortgezet.
Integraal Huisvestingsplan Kindcentra (IHPK)
Begin 2023 is het Integraal Huisvestingsplan Kindcentra 2023 vastgesteld. Het IHPK bouwt voort op de Visie op samenwerking onderwijs en kinderopvang en geeft een actueel beeld van de onderwijshuisvestingsplannen uit het IKC uitvoeringsprogramma. In het IHPK 2023 zijn onze visie op huisvesting onderwijs en opvang en onze beleidsambities opgenomen, die wij samen met de besturen onderwijs en kinderopvang hebben geformuleerd. In 2023 heeft de Rijksoverheid stappen gezet om het opstellen van een integraal huisvestingsplan verplicht te maken voor gemeenten met het wetsvoorstel 'planmatige aanpak onderwijshuisvesting'. Naar verwachting treedt de wet begin 2026 in werking. In afwachting van de inwerkingtreding van de wet en de eisen die aan een integraal huisvestingsplan gesteld worden, gaan we in 2026 aan de slag om het bestaande IHPK verder te ontwikkelen, zodat het aan de eisen van de wet voldoet. Een geactualiseerd IHPK zal vervolgens aan de raad worden voorgelegd voor vaststelling.
Pijnacker
Van schoolbestuur Scholengroep Holland (SGH) is een aanvraag ontvangen voor het programma onderwijshuisvesting 2026 voor permanente uitbreiding van de Tweemaster, onderdeel van het Dalton kindcentrum Pijnacker, in verband met de groei van het aantal leerlingen.
Naar verwachting wordt in 2026 gestart met de renovatie van de Josephschool. De renovatie is toegekend in het programma onderwijshuisvesting 2025. Schoolbestuur Stichting Katholiek Onderwijs Pijnacker (SKOP) is begonnen met de voorbereidingen.
In Pijnacker-Centrum is uitbreiding van kindcentrum Beatrix afgerond. Deze uitbreiding betrof de realisatie van vijf permanente lokalen (o.a.) ter vervanging van de vier tijdelijke lokalen. Medio 2025 is de uitbreiding in gebruik genomen.
Met schoolbestuur SKOP en kinderopvangaanbieder SkippyPepijn zijn wij in gesprek over het verder vorm geven van kindcentrum Keizerskroon in MFA Het Nest en kindcentrum Joseph(school) in Pijnacker-Noord.
Nootdorp
In Nootdorp is sprake van vervangende nieuwbouw van kindcentrum de Regenboog, als onderdeel van het project 'Hart van Nootdorp'.
Het kindcentrum, gevormd door de Regenboogschool en kinderopvangaanbieder SkippyPepijn, wordt gerealiseerd met twaalf groepsruimten voor onderwijs en drie ruimten voor kinderopvang. Naar verwachting wordt het kindcentrum eind 2025 opgeleverd en begin 2026 in gebruik genomen.
Schoolbestuur Laurentius Stichting heeft een verzoek ingediend bij de gemeente om leegstand in de Sint Jozefschool te ontrekken aan de onderwijsbestemming. Wij streven naar ontrekking per januari 2026.
Delfgauw
In Delfgauw hebben we te maken met een teruglopend aantal leerlingen. De daar aanwezige onderwijsvoorzieningen voorzien in de huidige behoefte. In 2026 zetten we de huidige en toekomstige behoefte af tegen de beschikbare onderwijs- en opvangvoorzieningen.
Huisvesting Speciaal Basis Onderwijs (SBO) Prinsenhof
Het leerlingenaantal op SBO Prinsenhof neemt al enkele jaren toe. Dit is een gevolg van de ontwikkelingen in het passend onderwijs.
Uit het huisvestingsonderzoek voor SBO en (V)SO uit 2021 blijkt dat niet alleen het leerlingenaantal stijgt, maar ook dat het deel van MFA Het Nest waarin SBO Prinsenhof nu gehuisvest is, ongeschikt is voor permanente huisvesting voor leerlingen in het speciaal basisonderwijs. Daarom is besloten tot herhuisvesting van SBO Prinsenhof in het scholencomplex Koningshof na het vertrek van de Casaschool. SBO Prinsenhof is nu gehuisvest op twee locaties: MFA Het Nest en (sinds 2021 na vertrek Tweemaster naar Klapwijk) het scholencomplex Koningshof. Voordat alle leerlingen van SBO Prinsenhof naar het scholencomplex Koningshof gaan, wordt dit deel van het scholencomplex gerenoveerd. De voorbereidingen hiervoor zijn gestart. De daadwerkelijke renovatie is gepland in 2026. Tijdens de renovatie worden de leerlingen van SBO Prinsenhof ondergebracht in tijdelijke voorzieningen elders in de kern Pijnacker. Het deel van het scholencomplex waar de Johannesschool is gehuisvest is in 2017 al gerenoveerd.
Huisvesting Voortgezet Onderwijs
Medio 2025 is de uitbreiding van Stanislas Pijnacker afgerond. De uitbreiding van het bestaande schoolgebouw biedt ruimte aan 130 extra leerlingen.
Onderwijsbeleid en leerlingzaken, inclusief volwasseneneducatie
De gemeente vervult een belangrijke rol in het ondersteunen van de ontwikkeling van jonge kinderen. Wij zijn verantwoordelijk voor diverse inhoudelijke taken, zoals het organiseren van leerlingenvervoer, het aanbieden van voorschoolse voorzieningen, het handhaven van de leerplicht en het voorkomen van schooluitval. Daarnaast stimuleren we de samenwerking tussen lokale organisaties die zich inzetten voor jeugd en opvoeding. Ook voor volwassenen dragen we verantwoordelijkheid. Zo organiseren we educatieve trajecten gericht op het versterken van basisvaardigheden, bijvoorbeeld voor inwoners die moeite hebben met lezen en schrijven. We werken met lokale partners aan het terugdringen van laaggeletterdheid en het bevorderen van inclusie.
Leerlingenvervoer
Op basis van de Verordening leerlingenvervoer kunnen ouders/verzorgers aanspraak maken op een vervoersvoorziening, die aansluit bij de mogelijkheden van de leerling. Ons beleid is erop gericht zoveel mogelijk leerlingen, al dan niet onder begeleiding, met het reguliere vervoer (OV, fiets) naar school te laten gaan. Soms is aangepast vervoer noodzakelijk, in dat geval wordt taxivervoer ingezet. Hierbij wordt in H5 verband samengewerkt met de gemeenten Delft, Midden-Delfland, Rijswijk en Westland. Voor de uitvoering van het leerlingenvervoer zijn drie vervoerders gecontracteerd. Ook voor het vervoer in het kader van de Jeugdwet (vervoer van en naar jeugdinstellingen) wordt met de eerdergenoemde vier gemeenten samengewerkt. In verband met de slechte prestaties van een vervoerder is eind 2024 een nieuwe aanbesteding gestart. Dit heeft geleid tot nieuwe contracten met vervoerders voor zowel Leerlingenvervoer als Jeugdwetvervoer vanaf 1 augustus 2025 tot 1 augustus 2027 en is verlengbaar met twee jaar vanaf 1 augustus 2027.
In het kader van het kostenbeheersingsplan Sociaal Domein zet de gemeente Pijnacker-Nootdorp extra in op een toekomstbestendige en doelmatige uitvoering van het leerlingenvervoer. Het richt zich op het bevorderen van zelfstandigheid, onder andere via samenwerking met MEE op Weg en het verstrekken van fiets- of OV-vergoedingen.
Daarnaast blijven we streven om in H5 verband (Delft, Midden-Delfland, Pijnacker-Nootdorp, Rijswijk en Westland) een gezamenlijke beleidslijn op te stellen om het gebruik van taxivervoer te beperken ten gunste van gebruik OV en fiets of andere alternatieven (naast een kilometervergoeding). Mocht dit leiden tot aanpassingen van de verordening/beleidsregels zal dit naar verwachting in 2026 plaatsvinden.
Voorschoolse voorzieningen
Onze ambitie is voorschools aanbod van hoge kwaliteit voor de jeugd tot vier jaar te regisseren. Op basis van de subsidieregeling VVE-peuteropvang bieden twee aanbieders peuteropvang aan in onze gemeente. Daarnaast werken we samen met de aanbieders, jeugdgezondheidszorg en vertegenwoordigers uit het onderwijs aan de inhoudelijke uitvoering van VVE. We maken afspraken over toeleiding, bereik, kwaliteit en de opbrengsten van VVE.
Lokaal Educatieve Agenda
In de Lokaal Educatieve Agenda (LEA) maakt de gemeente samen met de schoolbesturen, peuter- en kinderopvangorganisaties en andere educatie- en jeugdpartners afspraken over de ontwikkeling van het lokale onderwijs, de kinderopvang en in bredere zin: de jeugd. Dat doen we, omdat we vanuit verschillende rollen en bevoegdheden, samen verantwoordelijk zijn voor en belang hebben bij goede basisvoorzieningen, waar onze kinderen en jongeren zich in hun eigen woon- en leefomgeving zo goed mogelijk kunnen ontwikkelen.
De leidraad van de LEA voor de komende jaren is ‘Groot denken en klein doen’. De gesprekken die we met alle LEA-partners en met de 21 scholen voerden, gaven ons nieuwe inzichten en heeft ons geïnspireerd om de samenwerking binnen de LEA anders vorm te geven per 2025. De nieuwe LEA wordt dicht bij de scholen, in de kernen en passend op wat speelt in de wijk, uitgevoerd. Dat doen we met elkaar aan de hand van ‘Een sterke basis’ tot ‘speciaal waar moet’.
In deze LEA gaan we voor meer focus en de mogelijkheid om te differentiëren in prioriteiten per wijk. Het precieze ‘wat’ kan per wijk verschillen, dit volgt in een tweejaarlijkse uitvoeringsagenda. De basis zijn de wettelijke taken en de onderwerpen waar de scholen of de wijk elkaar kunnen versterken. De uitvoeringsagenda is in 2024 in samenwerking met de scholen en kinderopvang opgesteld, aan de hand van de ontwikkelingen en opgaven per kern. Sinds 2025, en ook in 2026, geven we uitvoering aan deze nieuwe opzet en de uitvoeringsagenda. Eind 2026 zal de nieuwe wijkgerichte werkwijze van de LEA geëvalueerd worden.
Leerplicht – Doorstroompunt (vh. Regionale Meld- en Coördinatiefunctie)
Tijdens het schooljaar 2023-2024 waren 14.854 jongeren in de leeftijd van 5 tot 23 jaar woonachting in de gemeente Pijnacker-Nootdorp. Verdeeld per leeftijdscategorie:
Aantal leerlingen | Leerlingen in beeld bij leerplicht of Doorstroompunt | In percentage | |
2023-2024 | 2023-2024 | 2023-2024 | |
Volledig leerplichtigen basisonderwijs 5-12 | 5.856 | 357 | 6,1 |
Leerplichtigen en kwalificatieplichtigen 13-17 | 4.274 | 677 | 15,8 |
Doelgroep Doorstroompunt 18-23 | 4.724 | 497 | 10,5 |
Totaal | 14.854 | 1.531 | 10,3 |
De leerlingen die als absoluut verzuim worden geregistreerd, staan formeel niet ingeschreven bij een onderwijsinstelling. In de praktijk blijkt dit vaak te gaan om administratieve situaties, zoals bij leerlingen die recent zijn verhuisd of de overstap maken van groep 8 naar het voortgezet onderwijs. In veel gevallen is de leerling wél ingeschreven, maar leidt een onjuiste toepassing van de inschrijfregels tot een tijdelijke registratie als absoluut verzuimer. Door goede afstemming met scholen en tijdige controle op inschrijvingen wordt dit zoveel mogelijk voorkomen.
In het schooljaar 2023-2024 heeft het leerplichtteam 56 absoluut verzuimmeldingen behandeld en 287 relatief verzuimmeldingen. Er is sprake van relatief verzuim wanneer een leerling ongeoorloofd afwezig is (spijbelt). Dankzij extra formatie kon meer worden ingezet op preventief werken en voorlichting aan scholen, wat heeft geleid tot een hogere meldingsbereidheid en daarmee een stijging van het relatief verzuim.
Cijfers Doorstroompunt
De doorstroompuntcoach ondersteunt de verzuimende jongere of de voortijdig schoolverlater (VSV-er) van 18 tot 23 jaar.
In een intakeprocedure worden, samen met de (dreigende) VSV-ers, mogelijke oplossingen in de richting van een startkwalificatie of een traject naar werk bekeken. In overleg met de jongeren en het netwerk wordt gezocht naar definitieve oplossingen. Het schooljaar 2023-2024 werd door 688 jongeren een startkwalificatie (een startkwalificatie is een havo-, vwo- of mbo2 diploma) behaald.
Onze aanpak van schoolverzuim en voortijdig schoolverlaten blijft effectief. Het aantal verzuimers en voortijdige schoolverlaters in onze gemeente ligt structureel onder het landelijk gemiddelde. Dankzij vroegtijdige signalering en nauwe samenwerking met scholen, leerplicht en zorgpartners lukt het ons om jongeren die dreigen uit te vallen, in de meeste gevallen op school te houden.
VSV-agenda 2021-2024
Elke vier jaar maken we gezamenlijk in de Doorstroompunt regio Haaglanden een regionaal programma ter voorkoming en bestrijding van voortijdig schoolverlaten van jongeren tussen 12 en 23 jaar. Dit is de VSV agenda 2021-2024. In dit programma staat de aanpak bestrijding voortijdig schoolverlaten, leerplicht en Doorstroompunt beschreven en de visie en ambitie voor de periode 2021 tot en met 2024. De VSV-agenda 2021-2024 bouwt voort op de ervaringen en successen van de afgelopen vier jaar.
Wij zijn bezig met de voorbereidingen van het wetsvoorstel 'van school naar duurzaam werk' en het nieuwe regionaal programma 2025-2029 ter voorkoming en bestrijding van voortijdig schoolverlaten van jongeren tussen 12 en 23 jaar. Het wetsvoorstel 'van school naar duurzaam werk' geeft extra taken en verplichting tot samenwerking tussen MBO-instellingen en gemeenten. Het bestaande regionaal programma is in 2025 doorgezet en verlengd in afwachting van de behandeling van het wetsvoorstel. We streven ernaar het nieuwe regionaal programma 2025-2029 in de tweede helft van 2025 gereed te hebben. De implementatie van het wetsvoorstel zal naar verwachting in 2026 gevolgen hebben voor de lokale uitvoering, waarover wij op een later moment terugkomen.
De Wet van school naar duurzaam werk heeft als doel om meer kansengelijkheid en betere begeleiding van jongeren tot 27 jaar met een kwetsbare positie bij de vergang van school naar werk en het behouden van werk mogelijk te maken. De vier samenhangende maatregelen uit het wetsvoorstel zijn:
Een uitbreiding van de Doorstroompunt functie van jongeren tot 27 jaar (op het moment krijgen jongeren tot 23 jaar ondersteuning)
Aanvullende loopbaanbegleiding tot een jaar na diplomering of het verlaten van de school in het beroepsonderwijs, praktijkonderwijs en voortgezet speciaal onderwijs.
Een preventieve rol voor gemeenten bij het ondersteunen van jongeren naar werk, die al kan starten tijdens de schooltijd.
Versterkte samenwerking tussen onderwijsinstellngen, Doorstroompunt en team Participatie. Zo worden jongeren sneller en effectiever geholpen.
Jongeren in een kwetsbare positie (JIKP)
De groep JIKP bestaat uit jongeren uit het praktijkonderwijs (PrO), voortgezet speciaal onderwijs (VSO), de basisberoepsgerichte leerweg van het vmbo en het mbo-entreeonderwijs. Deze jongeren hebben vaak extra ondersteuning nodig om duurzaam aan het werk te gaan, omdat zij niet zelfstandig het wettelijk minimumloon kunnen verdienen of begeleiding van een jobcoach nodig hebben. Het team sluit aan bij de netwerkoverleggen op praktijkscholen in Delft (Grotius PrO en Laurentius), waar de uitstroom van leerlingen wordt besproken. Jongeren die doorstromen naar vervolgonderwijs worden gemonitord via het Doorstroompunt, dat de overgang naar vervolgopleidingen begeleidt en volgt.
Leerlingen die uitstromen naar werk worden door het team Doelgroep Banenafspraak begeleid richting een (garantie)baan of beschut werk. Hierbij werkt het team Doelgroep Banenafspraak o.a. samen met het Werkgeverservicepunt, de Binnenbaan, Werkse, de Hoogwerkers en maakt het gebruik van diverse werkfit- en orientatietrajecten. Jaarlijks is in de maand november een Meet & Greet met werkgevers in de regio Zuid-Holland Centraal (ZHC).
Passend onderwijs
In mei 2025 zijn de nieuwe ondersteuningsplannen voor de periode 2025–2029 vastgesteld door de samenwerkingsverbanden PPO Delflanden (primair onderwijs) en SWVVO Delflanden (voortgezet onderwijs). Deze plannen vormen de basis voor de inzet van passend onderwijs in de regio en geven richting aan de beleidsmatige en financiële keuzes voor de komende jaren.
De samenwerkingsverbanden werken nauw samen met de gemeenten Delft, Midden-Delfland, Westland, Rijswijk, Lansingerland en Pijnacker-Nootdorp. Gezamenlijk zetten zij in op een inclusieve onderwijsomgeving waarin elk kind zich optimaal kan ontwikkelen, ongeacht ondersteuningsbehoefte. De focus ligt op preventie, vroegsignalering en het versterken van de basisondersteuning op scholen. Daarnaast wordt geïnvesteerd in specialistische arrangementen, samenwerking met jeugdhulp en het versterken van de positie van ouders en leerlingen via het ouder- en jeugdsteunpunt.
Versterking van de samenwerking tussen onderwijs en jeugdhulp
Om de ondersteuning van leerlingen met complexe hulpvragen te verbeteren, zetten we in op een verschuiving van individuele naar meer collectieve jeugdhulp binnen het onderwijs. In plaats van losse, individuele trajecten, kiezen we voor een structurele inzet van vaste jeugdhulpverleners per school. Deze professionals worden geleverd door één of twee gecontracteerde aanbieders per school en zijn actief op onder andere SBO Prinsenhof en de (v)so-scholen binnen cluster 4 in onze regio.
Door deze aanpak ontstaat er een duurzame samenwerking tussen onderwijs en jeugdhulp, waarbij de lijnen kort zijn en de ondersteuning beter aansluit bij de onderwijscontext. Leerkrachten en intern begeleiders kunnen sneller schakelen, ouders ervaren meer samenhang in de begeleiding, en leerlingen profiteren van een meer geïntegreerde aanpak. Tegelijkertijd willen we dat deze werkwijze bijdraagt aan het beheersen van de kosten van individuele jeugdhulp, doordat vroegtijdige en collectieve ondersteuning problemen kan voorkomen of verlichten. De benodigde middelen voor deze ontwikkeling zijn opgenomen in de kadernota, als onderdeel van de uitvoering van het interventieplan. Deze ontwikkeling sluit aan bij onze ambitie om onderwijs en zorg dichter bij elkaar te brengen en samen te werken aan een inclusieve leeromgeving waarin elk kind tot zijn recht komt.
Samenwerking onderwijs en bedrijfsleven
In 2024 is de samenwerking tussen het bedrijfsleven en het onderwijs in de regio Lansingerland/Pijnacker-Nootdorp voortgezet. De samenwerking wordt door alle betrokken partijen niet alleen als wenselijk, maar ook als noodzakelijk gezien. Wij onderstrepen het belang van de samenwerking tussen onderwijs en bedrijven en hebben hier ook aandacht voor bij de actualisatie van onze economische visie. De programmamanager SOB coördineert het stage-aanbod en de vraag naar stages, organiseert bedrijfsbezoeken en bedrijvendagen. Beide gemeenten en de partners uit het bedrijfsleven en het onderwijs zijn tevreden met de huidige opzet en continueren de afspraken (inclusief de financiële bijdragen) tot 2028. We hebben afgesproken dat we in 2026 de samenwerking evalueren en dat extra activiteiten buiten de werking van de convenantsafspraken vallen en apart worden gefinancierd.
Volwasseneneducatie
De gemeente is wettelijk verplicht om laaggeletterdheid (moeite met lezen en schrijven op basisniveau) bij volwassen inwoners tegen te gaan. In onze gemeente is rond de 9% van de volwassen bevolking laaggeletterd. Landelijk is dat 18% en in Zuid-Holland 15,7% (bron: Stichting Lezen & Schrijven). De volwasseneneducatie wordt georganiseerd per arbeidsmarktregio. In ons geval is dat de arbeidsmarktregio Zuid-Holland Centraal (ZHC). Zoetermeer voert de regie voor de non-formele educatie (via Taalhuis) en de formele educatie (via een gecontracteerde, gecertificeerde partner).
M.b.t. non-formele educatie:
Non-formele educatie is niet gericht op het behalen van diploma's maar op het verbeteren van het taalniveau door inzet van onder meer taalmaatjes. Onze gemeente werkt hiervoor samen met het Taalhuis Pijnacker-Nootdorp van bibliotheek Oostland. Dit wordt gefinancierd uit zogenaamde WEB-middelen die door het rijk beschikbaar worden gesteld aan Zoetermeer. Jaarlijks stemt Pijnacker-Nootdorp met bibliotheek Oostland af welke middelen nodig zijn voor het Taalhuis. Zoetermeer stelt vervolgens hiervoor een subsidiebeschikking op. Om de dienstverlening aan taalvragers te verbeteren is de intake aangepast, zodat taalvragers sneller en beter worden toegeleid naar een taalaanbod. Pijnacker-Nootdorp heeft ook deelgenomen aan een onderzoek hoe laaggeletterde autochtone inwoners beter kunnen worden bereikt, zodat meer NT1 klanten kunnen worden geholpen. In dit kader is het team Participatie van het domein Samenleving, Taalhuis Pijnacker-Nootdorp, taalaanbieder NL Training in 2024 gestart met taalmeterdagen voor klanten van het team Participatie die vallen onder de doelgroep NT1. Dit wordt de komende jaren voortgezet
M.b.t. Formele educatie
Op het gebied van formele volwasseneneducatie is er een verplichte samenwerking per arbeidsmarktregio. In 2022 is de regionale inkoop van nieuwe taaltrajecten middels een Europese aanbesteding afgerond. Met ingang van het schooljaar 2022-2023 kunnen inwoners terecht bij taalaanbieder NL Training. NL Training voert de formele taalactiviteiten aan op de locatie Taalhuis te Pijnacker. Er zijn continu circa 30 cursisten actief. Het eind 2024 aflopende contract met de aanbieder is verlengd tot 1 januari 2027. In de 2e helft van 2025 kijken we of we het formeel educatieaanbod opnieuw aanbesteden of op andere wijze gaan inkopen. De activiteiten van de NL Training worden ook volledig gefinancierd via de WEB-middelen. Zoetermeer is als contactgemeente verantwoordelijk voor de betaling.
