Algemene uitkeringen en overige uitkeringen Gemeentefonds
Inleiding
Algemene uitkering en overige uitkeringen gemeentefonds
De inkomsten algemene uitkering uit het gemeentefonds zijn de grootste inkomstenbron voor de gemeentebegroting. Het gemeentefonds wordt verdeeld op basis van objectieve maatstaven zoals het totaal aantal inwoners, het aantal jongeren, ouderen en het aantal woonruimten. Ook tellen factoren als de bodemsamenstelling en de ligging ten opzichte van omliggende gemeenten mee. In totaal worden 49 verschillende maatstaven gebruikt om het totale gemeentefonds te verdelen. Enkele maatstaven die gezamenlijk meer dan de helft van de algemene uitkering voor onze gemeente bepalen zijn:
Maatstaven in de algemene uitkering | 2025 | 2026 | 2027 | 2087 |
---|---|---|---|---|
Aantal inwoners | 58.671 | 59.386 | 60.101 | 60.816 |
Aantal inwoners: jongeren < 18 jaar | 13.435 | 13.464 | 13.473 | 13.494 |
Aantal bijstandsontvangers | 545 | 565 | 595 | 625 |
Aantal woonruimten | 22.906 | 23.192 | 23.478 | 23.764 |
Aantal personen met een migratieachtergrond | 8.978 | 9.003 | 9.223 | 9.436 |
De algemene uitkering uit het gemeentefonds voor de gemeente Pijnacker-Nootdorp in de begroting:
bedragen x € 1.000 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 |
---|---|---|---|---|
Inkomsten AU in de begroting | 94.248 | 93.616 | 97.465 | 101.139 |
Algemene uitkering in de begroting 2025
In de Kadernota 2025 zijn de richtlijnen vastgesteld op basis waarvan het aandeel algemene uitkering uit het gemeentefonds voor onze gemeente bepaald kan worden. De gemeentelijke woningbouwplanning met bijbehorende ontwikkeling van het inwonertal vormen hierbij belangrijke uitgangspunten. Hiermee zijn de uitkomsten van de meicirculaire 2024 voor onze gemeente bepaald hetgeen geleid heeft tot een bedrag van € 94,2 miljoen aan verwachte inkomsten algemene uitkering uit het gemeentefonds voor 2025. De grootste financiële bijstellingen op de algemene uitkering die voortvloeien uit de meicirculaire 2025 zijn ontstaan door de invoering van een nieuwe financieringssystematiek van het gemeentefonds, de vernieuwde compensatie voor loon- en prijsontwikkeling (LPO) en een incidentele compensatie.
In 2025 resulteert de uitwerking van deze onderwerpen in een nadeel, voor 2026 en latere jaren zorgt het definitieve schrappen van de opschalingskorting ervoor dat de gevolgen, negatief en positief, elkaar min of meer opheffen.
Het financiële effect van deze en de overige onderwerpen op de inkomsten algemene uitkering 2025 en verder:
Omschrijving (- = nadeel) Bedragen * € 1.000 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 |
---|---|---|---|---|
Volume accres historisch Bbp | -928 | 1.811 | 1.812 | 1.841 |
LPO accres prijs Bbp | -2.605 | -3.131 | -3.293 | -3.201 |
Incidentele compensatie en schrappen opschalingskorting | 1.425 | 1.804 | 1.753 | 1.707 |
Uitkeringsbasis en aanpassing maatstafhoeveelheden | 1.004 | 1.323 | 1.538 | 1.788 |
Besparingsverlies Jeugd | 863 | 0 | 0 | 0 |
Uitstel decentralisatie Beschermd Wonen | -170 | 0 | 0 | 0 |
Overig | 196 | 178 | 207 | 221 |
Structurele ruimte onder BCF plafond | 250 | 250 | 250 | 250 |
Mutatie inkomsten AU na Kadernota 2025 | 36 | 2.235 | 2.267 | 2.606 |
Volume accres
De nieuwe financieringssystematiek is een aanpassing van de oude systematiek waarbij het gemeentefonds jaarlijks meebewoog met de gecorrigeerde rijksuitgaven naar de nieuwe systematiek waarbij het gemeentefonds meebeweegt met de ontwikkeling van het achtjaars historisch gemiddelde bruto binnenlands product (over de periode t-9 t/m t-2). Dit moet de stabiliteit van het gemeentefonds bevorderen. De inwerkingtreding van de nieuwe systematiek stond gepland vanaf 2027, maar is nu vervroegd ingesteld. Dit instapmoment is op een lager niveau dan het niveau van de Miljoenennota 2024, waardoor er een nadeel voor de gemeente ontstaat voor 2025.
LPO accres prijs Bbp
In navolging van de nieuwe financieringssystematiek is besloten om ook de compensatie voor loon- en prijsontwikkelingen te bepalen op basis van de ontwikkeling van het prijs Bbp waardoor het gemeentefonds op een reëel niveau blijft. Deze vernieuwde compensatie was in eerste instantie ook pas toegepast per 2027 maar is nu ook al per 2024 ingezet. Dit pakt nadelig uit omdat deze, nu ook gekoppeld aan het Bbp lager is dan wanneer de oude systematiek nog werd toegepast.
Incidentele compensatie en schrappen opschalingskorting
Voor het nadeel op bovengenoemde onderwerpen vindt gedeeltelijke incidentele compensatie plaats en wordt per 2026 de oploop van de opschalingskorting geschrapt.
In 2025 resulteert de uitwerking van deze drie onderwerpen in een nadeel, voor 2026 en latere jaren zorgt het definitieve schrappen van de opschalingskorting ervoor dat de gevolgen, negatief en positief, elkaar min of meer opheffen.
Uitkeringsbasis en aanpassing maatstafhoeveelheden
Bij het begrip ontwikkeling van de uitkeringsbasis gaat het in dit geval om een wijzigingen in de landelijke aantallen per maatstaf waarmee het gemeentefonds wordt verdeeld. Bij de landelijke aantallen huishoudens met een laag inkomen, laag opleidingsniveau, omgevingsadressendichtheid en bijstandontvangers is dit het geval. Het totaal van het gemeentefonds blijft gelijk maar het gewicht (bedrag per maatstafeenheid) verandert wel wat in dit geval tot een hogere inkomst op de betreffende maatstaven leidt. Van maatstaven waarvan de aantallen definitief zijn aangepast door het ministerie zijn de aantallen ook voor onze gemeente aangepast.
Besparingsverlies Jeugd
In het coalitieakkoord Rutte IV is een aanvullende besparing op de Jeugdzorg opgenomen van landelijk € 500 miljoen. Deze aanvullende besparing is voor ons aandeel ook verwerkt in de budgetten voor Jeugd. De geraamde besparing van € 500 miljoen in 2025 kan nog niet gerealiseerd worden omdat de maatregelen die tot besparing moeten leiden nog niet zijn opgesteld. Daarom wordt incidenteel onder de noemer Besparingsverlies Jeugd weer € 500 miljoen toegevoegd aan het gemeentefonds. Naar de huidige verdeling van het gemeentefonds voor onze gemeente een bedrag van € 863.000 algemene uitkering. Hier staat tegenover dat de aanvullende besparing die is opgenomen in de budgetten voor Jeugd teruggedraaid moet worden.
Uitstel decentralisatie Beschermd Wonen
In aanloop naar de decentralisatie van Beschermd Wonen is er in de begroting rekening gehouden met de overgang van structurele middelen van centrumgemeenten naar de indviduele gemeente. Deze overgang is uitgesteld maar in de aanloop naar de overgang zijn al wel voorbereidende werkzaamheden met de bijbehorende kosten in gang gezet. De verwachte inkomsten moeten nu worden afgeraamd.
Overig
Dit betreft het totaal van mutaties op een aantal relatief kleine onderwerpen
Structurele ruimte onder BCF plafond
Deze toename van de inkomsten betreft de verwerking van beslispunt 5e uit de Kadernota 2025. Ongedeclareerde btw uit het Btw Compensatiefonds wordt via de algemene uitkering terugbetaald aan gemeenten. Jaarlijks resteert een dusdanig hoog bedrag dat hierop een structurele aanspraak gemaakt kan worden. Met deze toevoeging van € 250.000 bedraagt deze aanspraak voor onze gemeente nu structureel € 700.000.