Stand van zaken en vooruitblik
Inkomensregelingen
Op 31 december 2023 werden 458 bijstandsuitkeringen verstrekt. Het aantal inwoners met een bijstandsuitkering is (meest recente cijfers uit 2021) binnen onze gemeente aanzienlijk lager dan het landelijk gemiddelde, namelijk 166 per 10.000 inwoners. In Nederland is dit 431 per 10.000 inwoners. Vanwege de oplevering van nieuwe sociale huurwoningen binnen onze gemeente, verwachten wij dat het aantal bijstandsuitkeringen in 2025 zal stijgen.
Door een hogere instroom van statushouders, zien we dat er meer instroom is ontstaan ten opzichte van 2022, toen 429 bijstandsuitkeringen werden verstrekt. De dienstverlening aan deze groeiende doelgroep is geïntensiveerd.
In 2025 kunnen kinderen uit huishoudens met een inkomen tot 130% van het wettelijk sociaal minimum1 gebruik maken van het kindpakket van Stichting Leergeld. Ook kunnen zowel kinderen als volwassenen uit minimahuishoudens lid worden van een sport- en cultuurvereniging via het Jeugdfonds en het Volwassenenfonds Sport & Cultuur. Verder is de Rotterdampas in 2025 weer te koop. Voor minimahuishoudens is deze met korting beschikbaar.
Volgens de meest recente armoedemonitor over het jaar 2022 telt onze gemeente 929 minimahuishoudens met een inkomen tot 130% van het wettelijk sociaal minimum. Dit is 4% van alle huishoudens. In onze gemeente wonen 13.310 kinderen. Hiervan groeien 819 kinderen op in een minimahuishouden. Dit bedraagt 6,1% van alle opgroeiende kinderen in Pijnacker-Nootdorp.
De grafiek geeft vanwege BBV-voorschriften een andere indicator dan het aantal kinderen in minimahuishoudens. Namelijk het aantal kinderen in uitkeringsgezinnen. In 2022 was dit 3% in Pijnacker-Nootdorp en 6% landelijk.
Begeleide participatie
Onze gemeente begeleidt op 1 juli 2024 168 inwoners met een (vermoedelijke) arbeidsbeperking. Hiervan zijn 95 inwoners jonger dan 27 jaar. Van deze jongeren ontvangen 32 een uitkering, bijvoorbeeld vanwege een diagnoseperiode, dagbesteding of omdat zij nog niet in staat zijn om te werken. De overige volgen een opleiding of zijn aan het werk. Vaak met loonkostensubsidie of begeleiding van een jobcoach. Inwoners die uitsluitend onder beschutte omstandigheden kunnen werken krijgen een beschut werk indicatie. Gemeenten zijn verplicht beschutte werkplekken aan te bieden aan inwoners met een beschut werk indicatie. In 2024 bedroeg onze taakstelling beschut werk zeventien. Op 1 juli 2024 hebben zeventien inwoners een indicatie beschut werk. Zij werken bij de sociale werkbedrijven Werkse! in Den Hoorn, de Binnenbaan in Zoetermeer en bij de Hoogwerkers in Pijnacker-Nootdorp (onderdeel van zorgkwekerij Bloei).
Arbeidsparticipatie
De netto arbeidsparticipatie van onze inwoners was in 2023 78,5%. In Nederland was dit 73,1%. Netto arbeidsparticipatie betekent het percentage van de werkzame inwoners, ten opzichte van de mensen die potentieel kunnen werken.
In 2023 waren er in onze gemeente 513,3 banen per 1.000 inwoners van 15 - 64 jaar. Landelijk is dit 836,6 per 1.000 inwoners. Een groot deel van onze inwoners werkt dus niet binnen de gemeente. Ook voor inwoners met een bijstandsuitkering betekent dit, dat zij voor werk voor een belangrijk deel afhankelijk zijn van werkgelegenheid in de regio. Daarom werken wij in de arbeidsmarktregio Zuid-Holland Centraal samen met de gemeenten Zoetermeer, Lansingerland, Leidschendam-Voorburg, Wassenaar en Voorschoten, UWV en De Binnenbaan, mbo Rijnland, SBB, FNV, CNV en VNO-NCW aan de dienstverlening gericht op werkgevers en werkzoekenden (zie ook programma 2).
De samenwerking in de arbeidsmarktregio gaat niet langer alleen om het begeleiden van inwoners met een uitkering, maar ook om het bieden van ondersteuning aan inwoners ter voorkoming van (langdurige) werkloosheid: van school naar werk of van werk naar werk. In 2025 wordt de matching tussen werkgevers en werkzoekenden in de arbeidsmarktregio verder versterkt. In het najaar van 2023 zijn de samenwerkende partijen in ZHC gestart met een verkenning naar de haalbaarheid en de vorm van een Regionaal Werkcentrum. Het onderzoek is in 2024 opgeleverd en wordt in 2025 verder gerealiseerd.
Met het plan van aanpak 'Werken, werken aan en meedoen' richten we ons op het vergroten van de (arbeids)participatie van onze inwoners. Met het voeren van frequente, intensieve en persoonlijke gesprekken, krijgen we de werkzoekende inwoners goed in beeld. Ook in 2025 zullen wij het uitvoeren van dit plan voortzetten. We werken methodisch op basis van een integraal klantbeeld met een vaste werkwijze voor de dienstverlening aan werkzoekenden. Om inwoners aan het werk te helpen worden re-integratievoorzieningen ingezet. Vanwege het aflopen van een aantal contracten met de huidige aanbieders is het aanbod voor re-integratie in 2024 aanbesteed. Hierdoor is in 2025 een dekkend, maar ook divers aanbod, passend bij de doelgroepen in de gemeente beschikbaar.
Twee werkmakelaars helpen kandidaten door ze in beeld te brengen bij werkgevers. Dit gebeurt via speedmeets, banenmarkten en vacatures die door het Werkgeverservicepunt (WSP) worden aangeleverd. Ook gaan de werkmakelaars met werkzoekenden aan de slag, zowel individueel als groepsgewijs, om ze perspectief te bieden, kansen te benoemen en ze te verwijzen naar relevante bijeenkomsten.
Ook worden regionaal (via de arbeidsmarktregio Zuid-Holland Centraal) diverse voorzieningen, ondersteuning en activiteiten aangeboden. Denk hierbij aan praktijkleren, de inzet van leerwerkmakelaars, IPS-trajecten (dit is een methode om mensen met een ernstige psychische aandoening te begeleiding naar en op het werk) en de inzet van een matchmaker statushouders.
Inburgering
Op 1 januari 2022 zijn wij gestart met de uitvoering van de nieuwe Wet Inburgering. De inburgeringsplicht bestaat uit drie verschillende onderdelen: het participatieverklaringstraject (PVT), de Module Arbeidsmarkt en Participatie (MAP) en het behalen van het inburgeringsexamen (leerroute B1-route, de onderwijsroute of de zelfredzaamheidsroute). Per 1 januari 2024 nemen 72 inwoners met een inburgeringsplicht deel aan de B1-route, 4 inwoners met een inburgeringsplicht deel aan de onderwijsroute en 20 inwoners met een inburgeringsplicht deel aan de zelfredzaamheidsroute. Bij de uitvoering van de Wet Inburgering wordt nauw samengewerkt met de SWOP en het Taalhuis van Bibliotheek Oostland. De SWOP biedt maatschappelijke begeleiding en het participatieverklaringstraject (PVT). Het Taalhuis verzorgt de zelfredzaamheidsroute. Vanaf september 2023 zijn de eerste kandidaten aangemeld voor de Module Arbeidsmarkt en Participatie (MAP).
Door de hoge taakstelling huisvesting statushouders is in 2024 de dienstverlening aan deze doelgroep geïntensiveerd. Hiermee willen we de participatie van de doelgroep versterken en versnellen.
Schuldhulpverlening
In 2023 ontving de gemeente een tweede positieve auditbeoordeling van de NVVK1, die de schuldhulpverlening uitgebreid onderzoekt. Het jaar stond ook in het teken van het vergroten van de zichtbaarheid van schuldhulpverlening. Samen met maatschappelijke partners lanceerden we de website www.vragenovergeld.nl en bijbehorende communicatiecampagne, en richtten we een informatiepunt in. Deze inspanningen resulteerden in een piek in aanmeldingen in het voorjaar van 2023, met uiteindelijk 99 aanmeldingen, iets lager dan de 106 in 2022.
In het najaar van 2023 startten we, naar aanleiding van onderzoek, met de implementatie van verbeteringen in de dienstverlening aan ondernemers en zzp’ers met financiële problemen. Dit, samen met de nieuwe website en campagne, zorgde ervoor dat meer ondernemers ons vonden voor hulp. De geleerde lessen passen we toe in onze dienstverlening en delen we binnen het netwerk Preventie, Schuldhulpverlening en Nazorg (dit is het netwerk van lokale maatschappelijke partners en vrijwilligersorganisaties op het gebied van financiën en schuldhulpverlening).
In 2024 beginnen we met de voorbereidingen voor de evaluatie van het huidige beleidsplan schuldhulpverlening, dat elke vier jaar wordt geactualiseerd. Het huidige plan, geactualiseerd in 2021, loopt tot 2025. We zullen dan een geactualiseerd plan voorleggen aan de gemeenteraad.
Voor vroegsignalering werken we samen met woningbouwverenigingen/verhuurders, zorgverzekeraars, en leveranciers van gas, water en elektriciteit. Deze samenwerking is gericht op het voorkomen van problematische schulden en valt onder het landelijke convenant vroegsignalering van de NVVK. In 2023 versterkten we, dankzij middelen uit het actieplan bestaanszekerheid, onze formatie op vroegsignalering, wat ons in staat stelde vaker op huisbezoek te gaan. Onderzoek heeft aangetoond dat dit de meest effectieve manier is om inwoners met een hulpaanbod te bereiken.
Maatwerkvoorzieningen en maatwerkdienstverlening 18+ (Wmo)
Op basis van voorlopige cijfers is het aantal inwoners met een Wmo voorziening in 2023 410 per 10.000 inwoners. In Nederland is dit 700 per 10.000 inwoners. Dit komt doordat wij een relatief jonge bevolking hebben. Ook komt dit doordat een deel van de hulpvragen in het collectieve aanbod wordt opgevangen. Wel zien we een toename van het aantal hulpvragen. Ook worden ze complexer. Deze ontwikkelingen hebben te maken met een groei van de doelgroep. Ook wonen onze inwoners langer thuis. De wetgeving voor de eigen bijdrage is ook van invloed op de toename van het aantal hulpvragen. We verwachten dat het Rijk in 2026 de inkomensafhankelijke eigen bijdrage herinvoert voor hulp bij het huishouden en het gebruik van hulpmiddelen. In 2025 bereiden we ons hierop voor. Afhankelijk van de exacte inhoud van het wetsvoorstel zou dit de toename van het aantal hulpvragen kunnen afremmen.
Niet alleen het aantal hulpvragen stijgt, maar ook de tarieven voor Wmo-voorzieningen en -ondersteuning. Dit komt door inflatie en loonstijging in de cao's. Verder spelen er in deze sector, met name bij de huishoudelijke hulp, personeelstekorten. De combinatie van het stijgende aantal hulpvragen, de stijgende tarieven en het personeelstekort maakt dat de kosten binnen de Wmo flink stijgen en dat wij het schaarse personeel goed moeten verdelen. We benaderen deze uitdaging via het nieuwe interventieplan sociaal domein.
De transformatielijn van de afgelopen jaren zetten we door en scherpen die aan op basis van ervaringen. Dit doen we door preventieve algemene voorzieningen in te zetten (het ondersteunen van inwoners bij hun hulpvragen niet alleen met professionals, maar ook met de inzet van vrijwilligers). Hiermee willen we de druk op de maatwerkvoorzieningen verlichten. We richten ons op het resultaat en optimaliseren doelmatige ondersteuning. We maken stappen in het datagedreven werken. We krijgen een steeds beter beeld van de vraag van onze inwoners, de resultaten van onze interventies en de trends.
Sinds 1 januari 2024 kopen we de Wmo begeleiding, dagbesteding en kortdurend verblijf gezamenlijk in met de gemeenten Delft, Midden-Delfland, Rijswijk en Westland (H5). In 2025 zetten we deze samenwerking voort en evalueren we deze blijvend met het oog op de toekomst.
Geëscaleerde zorg 18+
Wij zijn verantwoordelijk voor maatschappelijke opvang en beschermd wonen. De centrumgemeente Delft ontvangt het rijksbudget en organiseert de voorzieningen. De gemeente Delft bepaalt naast de toegang tot de voorzieningen, ook de hoogte van de eigen bijdrage.
De doordecentralisatie (het woonplaatsbeginsel en daarmee ook het verdeelmodel) van beschermd wonen naar beschermd thuis en maatschappelijke opvang naar maatschappelijk wonen is vanuit het Rijk uitgesteld. Het doel van deze doordecentralisatie, namelijk perspectief ontwikkelen in de eigen woning in plaats van meer problemen en in een instelling terechtkomen, wordt ondanks uitstel verder doorgezet in samenwerking met Delft, Midden-Delfland en Westland.
In 2021 is het regionaal uitvoeringsplan vastgesteld. Hierin is het gezamenlijk ontwikkelproces van regiogemeenten geformuleerd. Met het lokaal uitvoeringsplan richten we ons op de ontwikkeling van lokale kennis van de doelgroepen voor beschermd thuis, op ontwikkeling van de Toegang, op preventie en op netwerkvorming tussen maatwerkorganisaties, het voorliggend veld en de gemeentelijke organisatie. De uitvoering van dit plan wordt in 2025 gecontinueerd.
Maatwerkdienstverlening 18-
12.6% van onze jongeren van 0-18 jarigen heeft in 2023 een jeugdhulpvoorziening gekregen. Dit is gestegen ten opzichte van 2022. Toen was dit 11,4%. Vanaf 2020 is er sprake van een afvlakking van de uitgaven. Vanaf 2022 zien we een sterke daling, maar in 2023 en 2024 zien we ook binnen de jeugdhulp de kosten stijgen. Het beheersen van de kosten binnen jeugdhulp krijgt een plek in het nieuw opgestelde interventieplan, waarbij de maatregelen zowel een regionaal als lokaal karakter hebben.
In de regio Haaglanden is er een analyse gedaan welke regionale acties de meeste besparingspotentieel hebben op korte en lange termijn en welke een onvermijdelijk karakter hebben door de opgaven vanuit de Hervormingsagenda Jeugd. Er is gekozen in 2024 met vier actielijnen te starten. Dit zijn: aanpak verblijf (gerichter inzetten van de verblijfsvoorzieningen en verkorting verblijfsduur), terugdringen gebruik lichte hulp (zoals individuele begeleiding), meer substitutie van individuele hulp naar collectieve hulp in het onderwijs, sturing op het regionale zorglandschap (inrichting, sturing en financiering zorglandschap).
Daarnaast wordt gewerkt aan de uitvoering van de Regiovisie jeugdhulp Haaglanden 2021-2025. De regiovisie gaat over de verbinding tussen jeugdhulp en andere onderwerpen in het sociaal domein en richt zich vooral op gezinnen in kwetsbare situaties. Het gaat ook over de samenwerking tussen gemeenten en jeugdhulpaanbieders, zoals onder andere over de wachttijden in de jeugdhulp, af- en ombouw van gesloten jeugdzorg en versterking van de samenwerking tussen onderwijs en jeugdhulp. Op basis van de regiomonitor 2022 is het Uitvoeringsplan Jeugdhulp Haaglanden 2024 - 2025 opgesteld, waarmee de gemeenteraad in juni 2023 heeft ingestemd. De regiomonitor 2023 geeft de laatste stand van zaken weer. In 2024 zijn mogelijkheden voor de implementatie van de methode van JIM (Jouw Ingebrachte Mentor) voor het kernteam gestart en zal in 2025 worden vervolgd. Een JIM is een door een jongere zelf gekozen mentor, die met de jongere meedenkt.
Geëscaleerde zorg 18-
Van onze jongeren tot 18 jaar had 0,3% in 2023 te maken met jeugdbescherming. Dit is gelijk gebleven ten opzichte van 2022. In Nederland is dit 1.1% van de jongeren in 2023.
Het percentage jongeren tot 18 jaar die in 2023 te maken had met jeugdreclassering is 0,1%. Dit is gelijk gebleven ten opzichte van 2022. Meerjarig bekeken is het percentage redelijk stabiel. Landelijk ligt het gemiddelde percentage op 0,3%.
In 2021 is door vier betrokken jeugdregio's en Jeugdbescherming West een verbeterplan Gecertificeerde Instellingen gepresenteerd. Hiermee zijn knelpunten rond de tarieven (harmonisering en verlaging van de caseload voor de jeugdbeschermers) opgelost. In 2024 is dat overgegaan tot het hanteren van een landelijke tarief gebaseerd op een landelijk gemiddelde caseload per jeugdbeschermer.
De beperkte beschikbaarheid van zorg vraagt aandacht. Hiervoor is in Haaglanden het project ‘Zorglogistiek' bij de zogenaamde ‘Experttafel Complexe Zorg’ opgezet: een project met als inzet het vermijden dat kinderen tussen wal en schip vallen. Daarbij is in 2023 de verbinding gezocht met het beleidsterrein Huiselijk Geweld en Kindermishandeling met het oog op het toekomstscenario kind- en gezinsbescherming. Dit scenario schetst een toekomstbeeld (5à 10 jaar) en een langdurig traject met als uitgangspunten: gezinsgericht, rechtsbescherming, transparant, eenvoudig en lerend. In 2025 zetten we deze beweging voort.
Het huidige stelsel van de Jeugdhulp knelt. Dit vraagt om ruimte te maken voor een nieuwe manier van werken, een lange adem en inzet/samenwerking met alle betrokken partijen in de keten ten behoeve van een duurzame gezinsveiligheid.